Mandaatbesluit AR (ingetrokken)

AfdrukkenOpslaan als PDF

De algemene raad van de Nederlandse orde van advocaten,

 

Gelet op afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht;

 

Besluit vast te stellen het navolgende Mandaatbesluit:

Paragraaf 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Definities

In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

algemeen secretaris: de secretaris, bedoeld in artikel 34 van de Advocatenwet;

machtiging: de toestemming tot het verrichten van handelingen die besluit noch privaatrechtelijke rechtshandeling zijn als bedoeld in artikel 10:12 van de Algemene wet bestuursrecht;

Regeling: Regeling op de advocatuur;

Verordening: Verordening op de advocatuur.

Artikel 2 Ondermandaat en machtiging

  1. De algemene raad staat toe dat geheel of gedeeltelijk ondermandaat wordt verleend van de in dit besluit gemandateerde bevoegdheden op grond van artikel 10:9, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht.
  2. Voor toepassing van dit mandaatbesluit wordt onder mandaat ook begrepen het op grond van machtiging verrichten van feitelijke handelingen, alsmede het verrichten van alle benodigde voorbereidingshandelingen, voeren van correspondentie en het verstrekken van informatie.

Artikel 3 Vervanging

  1. Bij afwezigheid of verhindering van de gemandateerde wordt deze vervangen door degene die door de mandaatgever binnen de organisatie als diens vervanger is aangewezen.
  2. Bij afwezigheid of verhindering van de gemandateerde en diens aangewezen vervanger worden deze vervangen door de mandaatgever.
  3. Bij afwezigheid of verhindering van de gemandateerde en diens aangewezen vervanger in zaken die verband houden met bezwaar wordt aan de portefeuillehouder portefeuillehouder Toegang tot het recht en deontologie van de algemene raad mandaat, volmacht en machtiging verleend voor het beslissen en het verrichten van overige handelingen die verband houden met bezwaar.

Paragraaf 2 Mandaatverlening

Artikel 4 Besluiten Advocatenwet

Aan de algemeen secretaris wordt mandaat verleend voor het nemen van besluiten en het verrichten van overige handelingen die verband houden met:

  1. onderzoeken naar het afsluitend examen en de verworven beroepservaring en het eisen van een proeve van bekwaamheid of aanvullende examens op grond van artikel 2, vierde lid, van de Advocatenwet;
  2. schrapping van het tableau na drie jaar voorwaardelijke inschrijving als advocaat op grond van artikel 8c, vierde lid, van de Advocatenwet;
  3. verlenen goedkeuring aan een besluit tot stageverkorting op grond van artikel 9b, tweede lid, van de Advocatenwet;
  4. vrijstelling vereiste onvoorwaardelijke inschrijving als advocaat voor een advocaat bij de Hoge Raad op grond van artikel 9j, zesde lid, van de Advocatenwet;
  5. ontheffing vanwege vestiging kantoor buiten Nederland op grond van artikel 12, derde lid, van de Advocatenwet;
  6. ontheffing vanwege detachering op grond van artikel 12, vierde lid, van de Advocatenwet;
  7. aanwijzing als deskundige op grond van artikel 26, eerste lid, van de Advocatenwet.

Artikel 5 Besluiten Verordening en Regeling

Aan de algemeen secretaris wordt mandaat verleend voor het nemen van besluiten en het verrichten van overige handelingen die verband houden met:

  1. toelating tot de beroepsopleiding op grond van artikel 3.16, vijfde lid, van de Verordening;
  2. hardheidsclausule ten hoogste driemaal een toets afleggen op grond van artikel 3.19, zesde lid, juncto artikel 3.19, vierde lid, van de Verordening;
  3. terme de grâce op grond van artikel 3.22 van de Verordening;
  4. vrijstelling voorafgaande opleidingspunten cassatie op grond van artikel 4.9, tweede lid, van de Verordening;
  5. verlengen termijn voorwaardelijke aantekening cassatie op grond van artikel 4.11, tweede lid, van de Verordening;
  6. vrijstelling praktijkeisen cassatie op grond van artikel 4.14, tweede lid, van de Verordening;
  7. doorhalen voorwaardelijke aantekening advocaat bij de Hoge Raad op grond van artikel 4.15 van de Verordening;
  8. toelating beroepsopleiding vanwege overgangsrecht op grond van artikel 9.2a, derde lid, van de Verordening;
  9. erkenning opleidingsinstelling op grond van artikelen 16 en 17 van de Regeling;
  10. intrekking erkenning opleidingsinstelling op grond van artikel 19 van de Regeling.

Artikel 6 Besluiten overige wet- en regelgeving

Aan de algemeen secretaris wordt mandaat verleend voor het nemen van besluiten en het verrichten van overige handelingen die verband houden met:

  1. dwangsommen als bedoeld in artikel 4:17 van de Algemene wet bestuursrecht;
  2. klachten als bedoeld in artikel 9:1 van de Algemene wet bestuursrecht, voor zover de klacht niet ziet op gedragingen van leden van de algemene raad of de algemeen secretaris;
  3. erkenning van een beroepskwalificatie op grond van de Regeling erkenning EU-beroepskwalificaties advocatuur;
  4. openbaarmaking van informatie op grond van de Wet open overheid;
  5. verstrekken van informatie, rectificatie en gegevenswissing op grond van de Algemene verordening gegevensbescherming en de Uitvoeringswet Algemene verordening gegevensbescherming.

Artikel 7 Vergoedingen

Aan de algemeen secretaris wordt mandaat en volmacht verleend voor het nemen van besluiten en het verrichten van overige handelingen die verband houden met:

  1. vergoedingen aan de Nederlandse orde van advocaten als bedoeld in paragraaf 2.2.1 van de Verordening;
  2. vergoedingen door de Nederlandse orde van advocaten als bedoeld in paragraaf 2.2.3 van de Verordening;
  3. vergoedingen aan de Nederlandse orde van advocaten als bedoeld in artikel 3 van het Besluit tarieven openbaarheid van bestuur NOvA.

Artikel 8 Deelname onderwijs en examen

Aan de algemeen secretaris wordt mandaat verleend voor het nemen van besluiten en het verrichten van overige handelingen die verband houden met:

  1. hardheidsclausule deelname onderwijs op grond van artikel 3.17, vijfde lid, van de Verordening;
  2. hardheidclausule examinering op grond van artikel 3.19, zesde lid, juncto artikel 3.19, vijfde lid, van de Verordening’.

Artikel 9 Verkrijgen hoedanigheid advocaat bij de Hoge Raad

Aan de algemeen secretaris wordt mandaat verleend voor het nemen van besluiten en het verrichten van overige handelingen die verband houden met:

  1. afnemen examen en proeve van bekwaamheid op grond van artikel 4.9, respectievelijk artikel 4.11 van de Verordening;
  2. verstrekken verklaring en bewijsstuk op grond van artikel 4.9, eerste lid, respectievelijk artikel 4.11, achtste lid, van de Verordening.

Artikel 10 Bezwaar en beroep

  1. Aan de algemeen secretaris wordt mandaat en volmacht verleend voor het beslissen en het verrichten van overige handelingen die verband houden met bezwaar, tenzij het betreft een beslissing op een bezwaarschrift tegen een primair besluit dat door de algemene raad of de algemeen secretaris zelf is genomen.
  2. Aan de algemeen secretaris wordt mandaat en volmacht verleend voor het verrichten van handelingen en het vertegenwoordigen van de algemene raad in rechte in zaken die verband houden met beroep en hoger beroep bij de bestuursrechter.

Artikel 11 Administratief beroep

  1. Aan steeds drie leden van de algemene raad wordt gezamenlijk mandaat verleend voor het nemen van beschikkingen en het verrichten van handelingen die verband houden met administratief beroep.
  2. Aan één van de drie leden wordt mandaat verleend tot ondertekening van de beslissing op het administratief beroep.

Artikel 12 Ondertekening in mandaat

  1. Het op grond van mandaat ondertekenen van besluiten geschiedt als volgt:

De algemene raad van de Nederlandse orde van advocaten,

Namens deze,

[handtekening]

[naam gemandateerde]

[functie gemandateerde]

 

2. Het op grond van mandaat ondertekenen van besluiten als bedoeld in artikel 11, tweede lid, geschiedt als volgt:

 

Overeenkomstig het namens de algemene raad van de Nederlandse orde van advocaten genomen besluit,

Voor deze,

[handtekening]

[naam gemandateerde]

[functie gemandateerde]

Paragraaf 2a Overgangsbepalingen

Artikel 12a Overgangsbepaling beroepsopleiding

De artikelen 5, 6 en 8 van het Mandaatbesluit AR, zoals deze artikelen luidden op 31 oktober 2021, blijven van toepassing op verzoeken van stagiaires die uiterlijk in september 2020 de beroepsoplei-ding advocaten aanvingen en met ingang van 1 oktober 2020 zonder onderbreking op het tableau staan ingeschreven.

Paragraaf 3 Slotbepalingen

Artikel 13 Intrekking Mandaatbesluit AR 2015

Het Mandaatbesluit AR 2015 wordt ingetrokken.

Artikel 14 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 juni 2020.

Artikel 15 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Mandaatbesluit AR.

 

Dit besluit zal in de Staatscourant worden geplaatst.