Vo-22 Eerste nota van wijziging – Verzamelverordening en memorie van toelichting
Wijziging van de Verordening op de advocatuur in verband met de periodieke actualisatie van regelgeving (Verzamelverordening 2024)
Eerste nota van wijziging
Ontvangen op 13 november 2024
I. Inleiding
De algemene raad kan een door haar ingediend voorstel voor het wijzigen van de Verordening op de advocatuur (hierna: Voda) en memorie van toelichting wijzigen zolang het niet door het college van afgevaardigden is vastgesteld. Naar aanleiding van de vergadering van het college van afgevaardigden van 30 september 2024, waar dit voorstel met het college van afgevaardigden is besproken, alsmede gelet op advisering door de adviescommissie regelgeving en het dekenberaad, heeft de algemene raad besloten om de Verzamelverordening en memorie van toelichting te wijzigen. Hierbij kan worden volstaan met het wijzigen van artikel 2.27 (onderdeel D) en het vervallen van artikel 6.17b (onderdeel D) in de Verzamelverordening en memorie van toelichting. Deze nota van wijziging wordt in verband met de inhoudelijke betekenis tevens ter advisering voorgelegd aan de raad van advies, de adviescommissie regelgeving en het dekenberaad.
II. Verzamelverordening 2024
Het voorstel van verordening wordt als volgt gewijzigd:
In artikel 2.27 Voorstel hoogte financiële bijdrage (onderdeel D), eerste lid, onderdeel a, en tweede lid, onderdeel a en b, wordt het begrip “inkomen” vervangen door “het door de Belastingdienst geregistreerde inkomen”.
Artikel 6.17b Inleveren advocatenpas (onderdeel G) vervalt.
III. Memorie van toelichting
De toelichting wordt als volgt gewijzigd:
Artikel 2.27 (onderdeel D)
Het begrip ‘bruto-inkomen uit arbeid’ wordt vervangen door “het door de Belastingdienst geregistreerde inkomen”.
De algemene raad is vervolgens voornemens de definitie van het inkomensbegrip in de zin van artikel 2.27, tweede lid, onderdelen a en b, van de Voda, nader in te vullen met het door de Belastingdienst gehanteerde begrip “geregistreerde inkomen”, en wordt nader uitgewerkt in de Regeling op de advocatuur (hierna: Roda).
Het geregistreerde inkomen is het inkomen dat de Belastingdienst registreert in de basisregistratie inkomen. Dit inkomen baseert de belastingdienst op basis van de aangifte inkomstenbelasting als de advocaat aangifte doet. Op de aanslag inkomstenbelasting heet dit inkomen het “verzamelinkomen”.
De wijziging van het inkomensbegrip in de Voda hangt samen met het voornemen van de algemene raad om het aantal inkomenscategorieën op basis waarvan de financiële bijdrage wordt geheven uit te breiden met twee categorieën.
De huidige definitie van het woord ‘bruto-inkomen uit arbeid’ in de Roda is dermate complex dat bij een uitbreiding van categorieën een substantieel deel van de advocatuur, het inkomen ten behoeve van de opgave van de inkomenscategorieën zelf zal moeten bepalen en dit gelet op de complexiteit naar verwachting een tijdsbeslag vraagt en tot interpretatieproblemen of vragen daarover aan het bureau van de NOvA zal leiden. Bij de aangifte inkomstenbelasting wordt het geregistreerd inkomen (automatisch) berekend. Daarnaast maakt de vereenvoudiging van dit inkomensbegrip een geautomatiseerde verwerking door het bureau beter mogelijk.
Artikel 6.17b (onderdeel G)
Onder verlettering van de onderdelen H tot en met J vervalt onderdeel onderdeel G.
IV. Toelichting
Artikel 6.17b (onderdeel G) vervalt omdat het in de praktijk niet tot problemen leidt. De bestendige praktijk waarbij de advocatenpas wordt geblokkeerd bij schrapping of doorhaling van het tableau of schorsing in de uitoefening van de praktijk van een advocaat in de zin van artikel 6.17 van de Voda volstaat.